Om klimaatverandering tegen te gaan is een duurzamere energievoorziening nodig. In 2011 heeft de gemeente Bergen op Zoom in het regiobod van Regio West Brabant windpark Halsteren meegenomen als herontwikkeling om het park tot 15 MW op te waarderen. Vanaf 2013 heeft de RWE de mogelijkheden daarvoor onderzocht. De herontwikkeling van het windpark werd daarna in 2020 ook opgenomen in het concept van de Regionale Energie Strategie (RES) West Noord-Brabant, RES 1.0.

In maart 2021 heeft de gemeente Bergen op Zoom ingestemd met het RES 1.0-bod. En daarmee past de opwaardering van windpark Halsteren binnen de regionale energiedoelstellingen.

De huidige acht turbines staan ten zuiden van de Bandijk nabij de Prinsesseplaat. Vanwege veiligheidseisen zijn nieuwe windmolens in de dijk niet meer toegestaan. De nieuwe windturbines komen daarom in de Auvergnepolder op ca 200 tot 450m van de zuidelijke bandijk.

De Auvergnepolder is door de gemeente aangewezen als zoekgebied voor duurzame energieprojecten en opgenomen in het RES 1.0 aanbod.

Windturbines produceren 90 tot 95 procent van de tijd elektriciteit, maar door de wisselende windkracht niet altijd even veel. Windturbines staan stil wanneer het niet of te weinig waait, wanneer ze in onderhoud zijn, een storing hebben of wanneer het een enkele keer te hard waait.

Soms worden windturbines bij goede windomstandigheden toch stilgezet. Dat gebeurt dan om slagschaduw te voorkomen of om vogels en vleermuizen te beschermen.

Elk type windturbine moet een certificaat hebben waaruit blijkt dat het voldoet aan de internationale ontwerpnorm voor windturbines IEC 61400-1. Onderdeel van de norm is dat de windturbine bestand is tegen extreme weersomstandigheden, zoals hoge windsnelheden en windstoten. De windturbines die RWE plaatst beschikken over een dergelijk certificaat.

Vanwege de omvang van het windpark (meer dan 5 MW opgesteld vermogen) vallen de ruimtelijke besluitvorming en de vergunningen formeel onder het bevoegd gezag van de provincie Noord-Brabant. De provincie heeft de bevoegdheid echter overgedragen aan de gemeente Bergen op Zoom. De gemeente Bergen op Zoom is dus het bevoegd gezag. Het Waterschap is bevoegd gezag voor de waterstaatswerken.

Welke mogelijkheden er zijn om lokale bedrijven te betrekken bij bijvoorbeeld de bouw en exploitatie van het windpark wordt later verkend. Pas nadat de omgevingsvergunning is verleend, wordt de bouw van het windpark technisch verder voorbereid.

Windturbines kunnen slagschaduw veroorzaken. Voor woningen in de omgeving kan het hinderlijk zijn als de schaduw van de draaiende wieken bijvoorbeeld op het raam van een woning valt. Daarom wordt de hoeveelheid slagschaduw beperkt. RWE gaat hierbij meestal uit van maximaal zes uur slagschaduw per woning op jaarbasis. Wanneer er meer slagschaduw zou kunnen plaatsvinden, worden de windturbines voorzien van een stilstandsvoorziening. Deze zorgt ervoor dat onder zonnige weersomstandigheden op bepaalde tijdstippen de windturbines worden stilgezet.

Algemene informatie over slagschaduw is terug te vinden op de website van NedZero (branchevereniging voor windenergie).

Momenteel zijn er geen landelijke wettelijke normen voor geluid van windturbines. Er zijn nieuwe landelijke normen in voorbereiding, maar daar moeten nog besluiten over worden genomen én ze moeten nog in wetten worden vastgelegd. De verwachting is dat deze nieuwe landelijke normen uiterlijk op 1 januari 2027 in werking zullen treden.

Tot die tijd gelden de lokale specifieke normen voor geluid. In de MER wordt uitgelegd en beargumenteerd waarom deze geluidsnormen voldoen voor dit project.

Windturbines hoger dan 149 meter moeten voorzien zijn van obstakelverlichting. RWE streeft ernaar om zogeheten detectieverlichting toe te passen. Dat is verlichting die 's nachts pas aan gaat op het moment dat een vliegtuig het park nadert. RWE gaat hiervoor toestemming vragen bij de Nederlandse luchtvaartautoriteit.

Voor windenergie in Nederland bestaat de SDE++ regeling. Deze regeling dekt het verschil tussen de kostprijs van windenergie en de prijs op de energiemarkt. Als de prijs op de energiemarkt hoog genoeg is, wordt dus geen subsidie betaald. De overheid stelt subsidie alleen beschikbaar in het geval dat de marktprijs te laag is. Dat wordt elk jaar opnieuw berekend. De SDE++ wordt gegeven voor een periode van maximaal 15 jaar. Door de dalende kostprijs van windenergie in de afgelopen jaren is de subsidiebehoefte sterk gedaald.

Omdat er nog geen vergunning is verleend, is Voor windpark Halsteren nog geen subsidie aangevraagd.

Windenergie op land is op dit moment de goedkoopste vorm van duurzame energie, vooral in de windrijke gebieden. Voor andere vormen van duurzame energie moet de overheid meer subsidie per opgewekte megawattuur (MWh) beschikbaar stellen om ook deze vormen rendabel te kunnen maken.

De vergunning wordt naar verwachting voor 25 jaar afgegeven. Het windpark wordt hierna afgebroken en de grond wordt in de oorspronkelijke staat teruggebracht. Ook de huidige acht windturbines van windpark Halsteren worden afgebroken voordat met de bouw van het nieuwe park wordt gestart.